Nog zo’n parel in het Noorden van Peru is de streek rond de stad Chiclayo. De stad heeft zelf ongetwijfeld een heleboel troeven, maar wij hadden slechts één dag en één absolute must-see bij aankomst in Chiclayo… de vallei van de piramides…

Standaard privé (of groep) tours nemen je mee voor een halve of volle dag naar de toeristische trekpleisters.Onze toer begon met het museum van Sicán waar de vele archeologische vondsten van de streek mooi tentoongesteld worden, en je er nog een (übertoeristisch) spektakel bij krijgt van een in traditionele kledij gehulde Peruviaan.

Eén ding is zeker: de cultuur van de Moche (200 – 700 AD) is zeer indrukwekkend, en dat probeert men zo goed mogelijk weer te geven (met veel trots!).

Tijdens de toer was er ook ruimte voor natuur, met een bezoek aan het Pomácbos. Dit is droog woud en hiermee weet Peru nóg maar eens te verbazen. Peru huisvest 28 van de 32 klimaatzones die bestaan ter wereld! Daardoor is het dan ook één van de 17 megadiverse landen ter wereld. (Dus bij een grote rondreis: wees voorbereid op alles…)

Dan kwamen we toe aan dé vallei van de piramides in Túcume. Dit vond ik ooit op een “XX plaatsen om te bezoeken in Peru”, en terecht. Een serieuze klim, maar tevens een indrukwekkend uitzicht! Zicht op de diverse archeologische sites en het droog woud, mijlenver…

Hierbij hoort tevens een klein museum… Komen we hier plots de naam Thor Heyerdahl tegen… (Dát museum in Oslo, Noorwegen – het Kon-Tiki museum – is trouwens ook een aanrader… dit geheel ter zijde…)

Maar hét museum om te bezoeken (misschien zelfs wel hét museum van Peru) is dat van “el señor de Sipán”. Hiervoor moet je absoluut je tijd nemen (en persoonlijk ben ik geen fervente museumganger en ga ik er al eens snel door). Je gaat het museum binnen, en door, zoals archeologen vondsten doen.

Je start dus bovenin en zo ontdek je ook gaandeweg wat de archeologen vonden in de vallei van de piramides. Een gids zal je vol trots vertellen dat de Moche in de 5^e eeuw na Christus al juwelen kon smeden zoals ze dat in Europa pas in de 19^e eeuw onder de knie kregen.

Je ziet inderdaad pareltjes in goud, zilver, koper … Foto’s mag je niet nemen in het museum, dus hier enkel eentje van de voordeur van “het museum van de koninklijke graven van Sipan”…