Vaux-le-Vicomte: hoogmoed komt voor de val
Parijs is omgeven met een snoer van kastelen en paleizen met als bekendste ‘edelstenen’ Versailles (Lodewijk XIV), Fontainebleau (Napoleon I) en Compiègne (Napoleon III). Op een 40-tal km ten zuidoosten van Parijs ligt echter de relatief onbekende parel ‘Vaux-le-Vicomte’.
Niet dat het klein is. Het volledig ommuurde domein beslaat 500 ha (waarvan 33 ha Franse tuinen) en omvat onder meer een kunstmatig kanaal en 20 vijvers met watervallen en fonteinen.
De daken van het kasteel en de bijgebouwen alleen al hebben een oppervlakte van 2 ha… Noblesse oblige! En het verhaal van hoe het tot stand kwam, is eigenlijk nog indrukwekkender.
Drie vakgenieën
De rijk getrouwde Nicolas Fouquet koopt in 1641 als jong lid van het Parlement van Parijs het domein, inclusief een klein kasteeltje. Eens opgeklommen tot voorzitter van datzelfde parlement én opperintendant van Financiën is enkel ‘the sky the limit’. Wellicht niet toevallig is Fouquet’s wapenspreuk “Quo non ascendet” (Tot waar zal hij niet klimmen?).
In 1656 acht hij de tijd rijp om zijn ‘hebbeding’ wat op te leuken. Het is zijn verdienste daartoe voor het eerst drie vakgenieën samen te brengen: architect Louis Le Vau, schilder-décorateur Charles Le Brun en tuinarchitect André Le Nôtre.
Zij verenigen hun beste krachten tijdens de vijf jaar durende bouwwerken van Vaux-le-vicomte en zorgen zo voor het summum van 17de-eeuwse bouwkunst tot dan toe.
House warming party
Op 17 augustus 1661 geeft de apetrotse Nicolas Fouquet – opperintendant van Financiën van Lodewijk XIV – ter ere en in aanwezigheid van de Zonnekoning ‘himself’ een megalomane ‘house warming party’ in zijn gloednieuwe kasteel.
Op het programma: een galadiner door chef-kok François Vatel (uitvinder van de Chantilly-slagroom), opgediend in massief gouden vaatwerk; een wandeling door de eindeloze tuinen met ergens onderweg een verrassingsact van Molière en als ‘toetje’ een spetterend vuurwerk dat weerspiegelt in de veelvuldig aanwezige vijvers.
Dit ‘moment de gloire’ van Fouquet, luidt meteen ook zijn zwanenzang in…
The king is not amused…
Boze tongen beweren dat de koning razend jaloers is op zoveel moois en luxe. Zelf heeft hij zijn gouden servies moeten laten omsmelten om de 30-jarige Oorlog te kunnen blijven bekostigen.
Anderzijds is er het vermoeden dat Fouquet al dat fraais enkel heeft kunnen financieren door in hoedanigheid van zijn functie royaal in ‘s Konings belastingsgelden te graaien (iets wat hij later trouwens min of meer toegeeft). De waarheid is eerder dat al eerder is beslist dat de macht van Fouquet gebroken moet worden.
Daartoe heeft een overambitieuze minister Colbert – die zelf op een superjob aast – alvast een geheim onderzoeksdossier aangelegd. ‘House of Cards’ in de pruikentijd, quoi…
Arrestatie door… d’ Artagnan!
Om welke reden dan ook: amper drie weken na het ‘fatale’ openingsfeest wordt Fouquet op 5 september 1661 op bevel van Lodewijk XIV en op aanwijzen van Colbert gearresteerd door musketiers onder leiding van ene… kapitein d’Artagnan!
Zijn goederen worden verbeurd verklaard en de koning laat heel wat van de inboedel van Vaux-le-Vicomte verslepen naar eigen kastelen zoals onder meer 120 wandtapijten, tientallen sculpturen en exotische sinaasbomen. In één moeite door geeft hij Le Vau, Le Brun en Le Nôtre de opdracht om iets gelijkaardigs, maar nóg grootser, uit de grond te stampen in het toenmalige ‘boerengat’… Versailles!
Gered van verval
Vaux-le-Vicomte zelf dient nadien onder meer nog als residentie van maarschalk de Villars maar zou door de eeuwen heen stilaan in verval raken…
Tot het in 1875 wordt gekocht en in ere hersteld door suikermiljardair Alfred Sommier wiens nazaten het nog steeds in privébezit hebben. Sinds 1968 kunnen minder gefortuneerden zoals jij en ik dit ‘Monument Nationale’ bezoeken.
- En Fouquet zelf?
En Fouquet zelf?
Na een drie jaar durend (scherts)proces wordt hij tot levenslange gevangenisstraf veroordeeld. De rest van zijn dagen (ruim 15 jaar tot aan zijn dood in 1680) zou hij slijten in de Citadel van Pinerolo in de Piëmontese Alpen.
Toch zou hij geen spijt gehad hebben van zijn buitenissig stulpje en verkondigde zelfs in gevangenschap alsnog: “Voor mijn voornaamste verblijf wilde ik enkele tekenen achterlaten van de staat waarin ik mij toen bevond.” Het kan verkeren, wist Bredero al een kleine eeuw voordien…
Wat een schitterend geschreven verslag, Bart ! Ik heb er niet alleen erg van genoten, ik heb er nog veel van bijgeleerd ook. Geweldig ! Nu nog het beschreven optrekje gaan bewonderen want ik ben er nog niet geweest. Het paleis van Versailles heb ik wél al bezocht. Lees je mijn verslag ook eens een keertje ? https://evenaar.tv/reisverhalen/2018/02/het-stulpje-van-de-zonnekoning/