Column: Je GPS tracht je te vermoorden
“Zit je vast met je wagen op een Tunesische heuvel? Gebruik dan een kaart, gemaakt van ouderwets papier. Geweldige uitvinding!”, zegt Ben Roelants. “Amper 10km op de teller!” schreeuwde Meneer Autoverhuur, terwijl hij me de sleutels van die blauwe Kia in de handen stopte. “Helemaal nieuw!”.
Meneer Autoverhuur had een klein verhuurbedrijf geopend, net buiten hoofdstad Tunis en hij beschouwde zijn wagenpark als zijn kindjes. Zijn ogen werden vochtig bij het aanschouwen van de Arabische zon, die zachtjes over zijn perfect gekleurde gravity blue wagentjes gleed. Ik zag hoe hij met plezier de nieuwe-wagen-geur inhaleerde en me met een brede glimlach de weg opstuurde.
Wist hij veel dat zijn kleine fijne huisvriend zou veranderen in een terminator. Niet door mijn rijstijl of zo, noch door die van iemand anders, maar door toedoen van één ding: de GPS. Ik hou niet zo van GPS-systemen. Zo had ik ooit het geweldige plan om met een vriend te gaan dineren in Hoboken, alleen stuurde het systeem me richting Brussel via de A12.
“Geen probleem”, dacht ik, “wellicht iets met het verkeer.” Maar later bleek dat ik onderweg was naar Zaventem Airport om daar rond 20u35 de American United-vlucht te nemen richting Hoboken, New Jersey, US: amper 10u20 verwijderd en aan vliegtickets vanaf 259€. De TomToms van vroeger waren niet veel beter.
Mijn ervaring leert me dat die voortdurend van je voorruit donderen, aan de voeten van de passagier lagen, ontregeld werden omdat jij ze nog trachtte te onderscheppen en daarbij op een aantal knopjes duwde. En dus gebeurde het dat ze je terloops nog lieten weten dat je de derde afslag moest nemen aan het volgende rond punt, in het Fins.
Maar dat is nog niets vergeleken bij mijn jongste trip naar het noorden van Tunesië. Het startte nochtans veelbelovend: ik voerde het adres van mijn hotel in Nabeul in, waar ik in Dar Sabri zou verblijven. Ik liet de drukke wegen van Tunis achter me en reed langs witgewassen moskeeën en charmante dorpjes waar markten niet op een plein.
Maar op de weg plaatsvinden en je de komkommers en verse munt rechtstreeks uit de mand kan graaien. Gaandeweg volgde ik de richtlijnen van de ingebouwde GPS en al snel belandde ik zo op een stoffig zandweggetje. Maar ook hier: druk verkeer.
Wilde geiten hielden een siësta op wat je met enige verbeelding een verkeersdrempel kan noemen. Zo nu en dan zakte ik wat dieper weg achter het stuur, wanneer ik de vermanende blikken van herders en landbouwers trachtte te ontwijken. Ondertussen gleed ik van de ene haarspeldbocht in de andere.
Het moet ongeveer anderhalf uur geduurd hebben, wanneer het ook nog ouwe wijven begon te regenen en je nog amper van een ‘weg’ kon spreken. Stofwolken werden kiezels en oude rivierbeddingen werden plots gevoed door modderstromen. Zo nu en dan kon je in de stroming een blatende geit zien voorbij sjezen. Zij leken zich wel te amuseren.
Ik, daarentegen, zat vast. Geen levende ziel te bespeuren, geen weg terug, geen signaal op de telefoon. Ik kreeg visioenen van mijn toekomst, waarbij ik daar in de Tunesische rimboe zou trachten te overleven, jagend op konijntjes met de versnellingspook van de Kia. Na decennia afwezigheid zou ik naar de beschaving terugkeren met een Mozes-baard en geüpdatete versie van de tien geboden.
Zo ver kwam het niet, aangezien ik de Kia besloot te tonen waartoe hij zelf in staat was. Elke slag van een kei kwam hard aan bij het chassis, en ik bedacht hoe het telkens een dolk in het hart van Meneer Autoverhuur moest zijn. Na vier uur ploeteren reed ik door een haag en plots was ze daar weer: beschaving!
“Waarom nam je de snelweg niet?”, vroeg de manager van Dar Sabri, terwijl hij naar mijn Mad Max-carosserie tuurde. Hij nam een papieren kaart en duidde de hoofdweg aan, waar je asfalt vindt, ijskreem venters en een schouder om op te huilen. “Niemand gebruikt die bergpas nog.”
Ik las recentelijk dat zowel Stephen Hawking als Elon Musk artificiële intelligentie als grootste bedreiging voor de mensheid beschouwen. Wel ik kan je zeggen: de Terminators zijn al onder ons en ze vragen ons de eerste afslag op het rondpunt te nemen.