Tijdens de rit passeer je vaak de péage. Wie het irritant vind om telkens te stoppen, raam open, geld insteken, briefje pakken, raam dicht en weer doorrijden kan beroep doen op Bib&go. Dit was de eerste keer dat we dit gebruikten en het is geweldig!

Je kan het bevestigen in je auto en je moet aan 30km/uur doorrijden en de bareel gaat open. Je hoeft dus eigenlijk niks te doen, gewoon doorrijden! Via deze link krijg je wat uitleg over Bib&go . Je moet ook over de Pont de Normandie. Vanop deze grote brug heb je een prachtig uitzicht op de Seine. Het is tof om er eens over te rijden!

Na ongeveer 3 uur te rijden kwamen we aan bij onze tussenstop: Étretat. Het is een klein maar gezellig dorpje aan de Hoog-Normandische kust. Bijna uitgehongerd aten we een specialiteit van daar: pannenkoeken! Op zich klinkt dit niet zo speciaal, maar daar eten ze als middag-of avondmaal een zoute pannenkoek met als dessert een zoete.

Na deze overheerlijke maaltijd volgde het volgende op onze planning: de kliffen! Bovenop deze reusachtige kliffen bevindt zich een adembenemend uitzicht op de uitgestrekte blauwe zee. Wanneer er eb is kun je er wandelen op de prachtige stranden. Alhoewel er redelijke windvlagen kunnen zijn is het zeker de moeite waard.

De mensen daar bakenen sommige stukken wel af, maar willen niet alles afzetten. Dit doen ze omdat ze de natuur niet willen verstoren. Loop dus zeker niet bij de randen, respecteer de borden die er staan en doe geen domme dingen. De kliffen zijn er zo lang en groot dat je gewoon van dorpje naar dorpje kunt wandelen. Toch prachtig wat de natuur heeft kunnen doen, net een sprookje!

Na Étretat reden we nog een veertigtal km om aan te komen bij ons huisje in Tourville-en-Auge. Je vindt er verschillende gîtes. Die van ons lag tussen de natuur en de dieren. Het zit er vol paarden en koeien. De ruitersport is daar een zeer bekende en veel uitgeoefende sport. In Tourville-en-Auge kun je prachtige wandelingen doen, maar opgelet!

Étretat vanop de kliffen.

Wij deden een wandeling en als eerste gingen we door een bos. Hier begint het al: ik liep gewoon door met mijn gezin op het pad en ineens zakte ik tot net onder mijn knieën in de modder! Je zag de plek totaal niet liggen en toen ik eruit was zag je niet eens meer de plek waar ik erdoor zakte.

Een ander puntje is dat je soms uitkomt op weilanden met koeien, paarden en soms een stier. En een hoorn van een stier onder je kont is niet echt een pretje om de vakantie door te brengen. Een 5 à 10-tal minuutjes verder rijden ligt Pont-l’Evêque.

Een dorpje waar er de maandag een kleine markt is en waar de overheerlijke kaas bekend is (de markt komt later nog aan bod). De kaas is zeer sterk, maar lekker! Ik heb zowat heel de vakantie van deze kaas genoten. Onder zo’n plakje Pont-l’Evêque hoort natuurlijk brood. En geloof mij er zijn daar zeker bakkers met zalige stokbroden en andere lekkernijen à volonté.

De volgende dag op het programma: Honfleur. Honfleur is een pittoresk havenstadje met veel restaurants en terrasjes. Het is zeker de moeite waard om daar naar toe te gaan, maar toen wij er waren kon je er bijna niet rondlopen van het volk! We hebben enkele terrasjes gedaan en een fles Cidre gekocht.

De Cidre en de Calvados drinken ze daar als cola en fanta. Na veel na te vragen (heel veel restaurants zaten vol) hadden we toch een tof restaurantje gevonden. Het eten is zoals overal in Frankrijk heerlijk. De prijzen daar zij zeker veel lager dan bij ons in België.

De terrasjes in Honfleur.

Je kan er menu’s hebben van 12euro , 13euro , 15euro , 20euro … Net zoals bij ons in Brugge kun je als je buikje vol zit een ritje maken met de paardenkoets.

Maandag, ondertussen als de derde dag: de markt van Pont-l’Evêque en Château du Breuil. Zoals eerder al verteld is er maandag in Pont-l’Evêque een marktje. Je kan er plaatselijke producten kopen, kleren, kippen … De markt is een goede plaats om eens de specialiteiten van daar te proberen!

Aangezien de markt niet echt zo groot is zijn we daarna doorgereden naar Château du Breuil in Le Breuil-en-Auge. Dit is een cave waar ze Calvados maken en rondleidingen geven. De rondleiding moet je zeker eens doen, want het is een interessant proces.

Een nadeel is misschien wel dat de rondleidingen alleen maar in het Frans zijn, als kind is dit dan wel wat moeilijker om het proces te snappen. Na de rondleiding van een uur kan je in de winkel naast Calvados en andere streekproducten ook Pommeau kopen.

Dit is een aperitief van appels die je overal in Normandië kan vinden. Naast de fabriek bevindt zich er ook een prachtig kasteel waar je ook een woordje uitleg over krijgt. Hier is de link naar de website van het chateâu.

Dinsdag, dag 4. Vandaag hebben we gewoon een rondrit gedaan door Normandië. Hier kan je niet echt veel over vertellen, want het is je eigen keuze welke rit je precies wilt doen. Een van de dingen die ik nu wel de moeite vond om te zien was een groot moeras dat ontstaan is uit de Seine in Marais-Vernier.

Vanuit een hoger gelegen uitkijkpunt kan je het gigantische moeras zien liggen. Tot slot hebben we ergens gegeten in een restaurantje met uitzicht op de Seine.

Het moeras in Marais-Vernier.

Woensdag, dag 5. Dit zijn onze laatste uitstappen: de faleizen en een oorlogsmuseum. Faleizen zijn eigenlijk een soort afgebrokkelde rotsen waar je op kan wandelen. Wat hier wel bekend aan is, is dat je er heel veel fossielen kan vinden. Een tof en origineel souvenir van Normandië!

Als je dan toch bij de faleizen bent kun je wandelen aan de zee en er een leuke uitstap van maken. Dit is zeker de moeite waard om te bekijken! In Normandië zijn er verschillende oorlogsmusea die eigenlijk wel eens interessant zijn. Wij gingen naar een openluchtmuseum met echte voorwerpen, materialen en kleine shows. Zelf hou ik niet zo van musea, maar het mag er wel eens zijn natuurlijk.

Donderdag gingen we terug naar huis. Jammer, want het was een zeer toffe vakantie! Hopelijk willen jullie nu zeker naar Normandië, een prachtige plek in het noorden van Frankrijk!