De magie van Madeira
Vandaag geen wolken, maar zon. Tijd om op het ‘bloemeneiland Madeira’ eens een botanische tuin te bezoeken, één van de vele. Wij kozen voor de oudste.
Deze botanische tuin, de Jardim Botanico, met zowat alle planten en bloemen die op Madeira groeien, en dat zijn er heel wat, werden hier samengebracht.
De tuin die in terrasvorm is aangelegd op de bergflank tegenover Funchal, biedt een prachtig panorama op de hoofdstad.
Trappen en doorgangen leiden je van het ene terras naar het andere. De planten zijn volgens thema gerangschikt: cactussen en vetplanten, tapijtperken, een vormsnoeituin, kustplanten, commerciële aanplantingen, geneeskundige en wetenschappelijke planten.
Daarna zetten we koers naar het schiereiland Sao Lourenço dat de oostelijke uitloper vormt van het eiland. Niks bloemen of planten hier maar rotsen die tot ver in de zee lopen. Een pad volgt deze rotsige uitlopers, goed voor een stevige wandeling met spectaculaire uitzichten.
Wij verblijven in de buurt van Calheta maar beseffen plots dat wij ons gaststadje nog niet eens bezocht hebben.
Niet dat er veel te zien is: Calheta heeft het enige zandstrand van Madeira en dat is dan nog zand dat ingevoerd is vanuit Marokko.
Er is ook een kerk uit de 15e eeuw die overdadig gedecoreerd is toen de suikerrietteelt floreerde. Koning Emanuel I deed er een schepje bovenop en schonk in 1502 een ebbenhouten tabernakel van drie verdiepingen hoog, met zilveren inleg. Dat kregen we echter allemaal niet te zien, want de kerk is toe.
Een andere bijzondere attractie is het Centro das Artes Casa das Mudas. Dit museum is één van de bekendste musea voor moderne kunst in Portugal.
En wat het nog meer bijzonder maakt, is dat het ontworpen werd door de befaamde Madeirese architect Paulo David. Het gebouw ligt boven én in de kliffen met een wijds uitzicht op de oceaan.
Het gebouw werd in 2005 bekroond met de EU prijs voor hedendaagse architectuur. Het museum uit basaltsteen, staal en glas kijkt vanop de kliffen uit op Calheta en de oceaan.
Volle kerken
Voor meer cultuur moet je in de hoofdstad Funchal zijn.
Bij het binnenkomen van de stad kijkt Joao Gonçalves Zarco je aan vanop zijn sokkel. Hij ontdekte Madeira in 1419 en maakte er een Portugese kolonie van, nu een autonome regio van Portugal.
De kathedraal (de Sé) werd in de 15e eeuw gebouwd en zoals veel Portugese kerken van buiten sober, maar rijk gedecoreerd van binnen. Het is zondag en we stapten drie kerken binnen die allemaal vol zaten.
Opvallend is het gebruik van azulejos, geëmailleerde tegels, typisch voor Portugal, ook in civiele gebouwen. Er zijn ook drie interessante musea maar daarvan was er één op zondag dicht en de twee andere waren gesloten voor restauratiewerken…
Rode reus
Nu we onze portie cultuur gehad hebben, terug naar de natuur. En meteen voor het grote werk. We maken een fikse bergwandeling naar de hoogste top van het eiland, de Pico Ruivo (1861 m). De Pico Ruivo baadt in de zon en steekt uit boven de wolken.
Deze ‘rode reus’ zoals hij hier wordt genoemd naar de rode aarde, is niet kaal. Langs het bergpad en op de flanken van de berg bloeien heel veel bloemen. Af en toe zie je nog resten van de grote bosbranden van enkele jaren geleden.
De laatste dagen valt het op: de weergoden zijn ons gezind. Vaak is het bewolkt, dreigt er regen te vallen maar als we onze bestemming bereiken, schijnt de zon volop. Vandaag is het ook weer zo. Onze eerste stop is er één voor een wandeling langs de kloof van de Ribeira da Jenela, de langste rivier van Madeira.
Dit is volgens de reisgidsen één van de gemakkelijkste – want volledig vlak – maar ook één van de mooiste wandelingen om de bloemenpracht die je onderweg passeert. Onderweg langs de flanken van de bergen zijn terrasvormige percelen aangelegd.
Daarna trekken we verder naar Porto Moniz aan de noordkust. Ook hier stralende zon.Porto Moniz is vooral bekend voor zijn natuurlijke zwembaden, gevormd door de rotsen.
De terugweg naar onze vakantiewoning is andere koek: we moeten door een dikke wolkenlaag naar beneden met een zicht van amper een meter.
De laatste tocht zou de mooiste worden: rijden langs de ‘gouden weg’, landschappelijk de mooiste weg van Madeira en wandelen langs de levada (irrigatiekanaal) van het Folhadal.
Maar we trekken onze ogen open en alles oogt grijs. En het wordt er niet beter op: plots valt de regen bij bakken uit de lucht.
Maar we houden er de moed in. Tegen ’s middags begint het uit te klaren. Wij springen in de auto en zijn weg voor onze tocht. Een heel mooie tocht door berglandschappen en een wandeling langs bloemen met mooie landschappen.
Wij zijn nog maar net terug in onze vakantiewoning of het begint weer te regenen zeker. En op een paar minuten ziet alles in de mist en zien we de oceaan zelfs niet meer. Op Madeira kan je op een dag vier seizoenen meemaken, zegt men wel eens. Zo’n vaart loopt het wel niet.
Maar zo komen we van een warme lente in Madeira terug thuis in een hete zomer in België.
Dit lijkt me een bestemming naar mijn normen. Een fijne mix tussen natuur en cultuur. Mooie foto’s trouwens. Je hebt me nieuwsgierig gemaakt naar Madeira. Dank je Guy
Leuke reactie ! Bedankt.
Madeira is een fijn eiland, met steeds andere landschappen en vooral heel mooie bloemen en planten. Cultuur met de grote C zal je er niet vinden, maar wel heel vriendelijke en gastvrije mensen.
Al een geluk Guy dat het op Madeira zo vaak regent. Van bloemenpracht zou anders geen sprake zijn. Jouw foto’s van de in nevels gehulde bergen, vind ik heel mooi. Té veel zon is voor het nemen van een geslaagde foto trouwens best lastig. Ieder nadeel heeft zo zijn voordeel hé, Guy !
Dank je voor je reactie An. Wij hebben het al bij al nog getroffen met het weer. Madeira is ons wel heel goed meegevallen: een echt mooi eiland. Cultuur of oude stadjes en dorpjes zul je er niet vinden, maar de natuur is er onovertroffen.