Het keizerlijke Wenen
Niets zo interessant en de dagelijkse sleur doorbrekend als door je werkgever naar een congres te worden gestuurd. Een tijdje weg uit een muffe kantooromgeving en andere horizonten opsnuivend. Nog leuker is het als dat congres plaats heeft in Wenen. Want overdag moet er natuurlijk hard gewerkt en genetwerkt worden maar ’s avonds is er uiteraard tijd om de stad in te duiken.
Drie avonden heb ik voor een herontdekking van Wenen want het is niet de eerste keer dat ik de stad bezoek. Omdat de tijd ‘s avonds beperkt is, probeer ik toch zoveel mogelijk de hoogtepunten te bezoeken of toch wat ik als hoogtepunten beschouw in de buurt van het hotel. Bovendien zullen het slechts ‘buitenbezoeken’ zijn, want op dit latere uur zijn de bezienswaardigheden veelal gesloten.
De eerste avond heb ik maar een beetje tijd want er staat nog een etentje gepland met de collega’s. Gelukkig stoot ik al direct op het prachtige Slot Belvedere dat zich als het ware achter de hoek van het hotel bevindt. Het werd destijds gebouwd als zomerpaleis voor Prins Eugène de Savoye.
Na zijn dood werd het verkocht aan de keizerlijke familie en werd later de woonplaats van aartshertog Franz Ferdinand tot deze vermoord werd in 1914, een gebeurtenis die zou leiden tot het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. Het complex bestaat uit twee barokke maar toch totaal verschillende paleizen uit begin jaren 1700: het Unteres Belvedere en het Oberes Belvedere.
Ik kom binnen via de noordkant, waar zich het lagere Belvedere bevindt, het woonhuis van Prins Eugène. Recht tegenover het lagere Belvedere ligt het bovenste Belvedere op de top van een helling. Het is het toppunt van barok architectuur.
Standbeelden staan statig op perfecte afstand van elkaar. Als je vanaf de top kijkt richting het beneden paleis, weet je waar het complex zijn naam vandaan haalt : Belvedere betekent ‘prachtig zicht’ in het Italiaans.
De volgende dag met wat meer tijd en met nog steeds aangenaam warm weer (zo’n 30°), vat ik al snel een avondwandeling aan. Eerste stop is het Stadspark waar het een drukte van jewelste is. Het lijkt wel of elke inwoner van Wenen van deze prachtige avond wil genieten.
Elk stukje gras is vanavond bezet door picknickende koppels, spelende kinderen of groepjes vrienden die met een drankje in de hand genieten van de warme avond. Gelukkig vind ik nog een plaatsje op een terras in de schaduw van een boom voor een welgekomen verfrissing.
Het Stadspark is het grootste openbare park van Wenen en wordt doorkruist door de Wien, een kleine vertakking van de Donau rivier. Er bevinden zich ook een aantal fonteinen en standbeelden, vooral van muzikanten. Het bekendste is het standbeeld van Johan Strauss II, de koning van de wals en één van de bekendste zonen van Wenen.
De zon laat het vergulde beeld schitteren deze avond. In mijn fantasie hoor ik ‘Die Fledermaus’ uit zijn viool weerklinken. Op de Karlsplatz vind ik de Karlskirche terug die in 1713 werd opgetrokken in opdracht van keizer Karel VI nadat Wenen verlost was van de pest.
De kerk werd gewijd aan Carolus Borromeüs, de patroonheilige van de pest. Voor de kerk staan twee triomfzuilen met prachtige reliëfs. Ook hier zoeken de inwoners verkoeling in de grote vijver voor de kerk.
Ik maak nog een korte wandeling tot aan het operagebouw. Het bijzonder indrukwekkende operagebouw moet ik zeggen, want het trekt direct de aandacht. Het werd in 1869 in gebruik genomen met de uitvoering van Don Giovanni van Mozart.
Toch maakte het toen niet veel indruk op de inwoners die het gebouw te laag vonden. Dat kwam vooral door optisch bedrog; de niet aflatende kritiek maakte één van de architecten zo depressief dat hij zelfmoord pleegde.
Ondertussen hebben de Weners hun opera in het hart gesloten en worden er continu werken ten uitvoer gebracht. Wie een opvoering wil bijwonen, kan maar best op tijd boeken want de kaartjes zijn snel uitverkocht. O.a. de Oostenrijkse componist en dirigent Gustav Mahler leidde de opera.
Op mijn laatste avond in Wenen, heb ik maar één doel voor ogen : de Hofburg, het centrum van de macht van de Habsburgers die eeuwenlang niet alleen over Oostenrijk maar ook over grote delen van Europa geregeerd hebben. Het paleis heeft een enorme omvang met wel meer dan 2000 kamers.
De Hofburg werd door de Habsburgers als winterresidentie gebruikt, terwijl de zomers werden doorgebracht in het al even magnifieke Slot Schönbrunn. De beroemdste Habsburgse keizerin is Elisabeth die getrouwd was met keizer Franz Jozef en bekender is onder haar koosnaam Sissi.
Het Sissi museum in de Hofburg laat een kijk op haar leven zien t.e.m. het wapen waarmee ze in Genève werd vermoord. Het complex herbergt nog meer bezienswaardigheden waaronder als belangrijkste zeker de keizerlijke appartementen, de schatkamer en de Spaanse rijschool.
Deze rijschool is de oudste rijschool ter wereld en is ondergebracht in een prachtige barokke rijzaal. De naam ‘Spaanse’ rijschool heeft vooral te maken met de Spaanse achtergrond van de paarden : de sierlijke witte Lippizaners. Ondanks het feit dat alle bezienswaardigheden gesloten zijn, geniet ik nog van de gezellige toeristische drukte aan de Hofburg.
De ondergaande zon strooit een prachtige gloed over de gevel. Het complex bestaat uit verschillende gebouwen die over een periode van honderden jaren en dus ook in verschillende stijlen werden gebouwd. En toch straalt het geheel een zekere eenheid uit.
Eén van de laatste bijgebouwde stukken is de Neue Burg, een soort halfrond gebouw. Het was hier dat Hitler vanop het balkon in 1938 de Anschluss uitriep, de vereniging van Oostenrijk met Duitsland. Het hart van Wenen is de impressionante Stephansdom, de kathedraal van de Oostenrijkse hoofdstad.
Hier werden ook de Habsburgse keizers begraven, of althans toch de eerste generaties. Eén van de opvallendste kenmerken is het betegelde dak. Even snel binnen springen om een kaarsje te branden. Volgende week is het communiefeest en alle beetjes helpen om ons van goed weer te verzekeren :-).
Na al dat wandelen, is het tijd om de innerlijke mens te versterken. Ik passeer het Sacher hotel. Ik voel een hongertje opkomen of is het vooral goesting? Een stukje originele Sachertaart kan ik toch niet laten schieten, dus zet ik even later mijn tanden in een spie hemelse chocoladecake gevuld met abrikozenjam en bedekt met een heerlijk laagje blinkende chocoladeglazuur.
Mmmm, mijn ‘citytrip’ wordt zo op gepaste wijze afgesloten. Of hoe je het nuttige aan het aangename kan koppelen …